Kweek

Zoals je inmiddels wel begrepen hebt zijn er veel verschillende soorten vogels. We proberen in dit rubriek een indruk te geven hoe de kweek bij een aantal hoofdgroepen in z'n werk gaat. Natuurlijk heeft elk soort zijn specifieke aanpak of nestgelegenheid, maar daarvoor verwijzen we naar de veel sites (speciaalclubs) en boeken die er zijn over deze soorten. Mocht je nog vragen hebben kun je altijd contact opnemen met een van de bestuursleden. Die kunnen je doorverwijzen naar leden die deze soort houden.

 

Kanariekweek

Voordat ze in dit nestje lagen is er heel wat aan voorafgegaan en ik zal proberen te beschrijven. Voorafgaande aan het fokseizoen is het belangrijk om de vogels na de winterrustperiode in broedconditie* te brengen. Gaven we in de rustperiode* naast de zaadmengeling 1-2 keer in de week eivoer, nu gaan we dit langzaam opvoeren tot elke dag. Tijdens de rustperiode hadden zij ongeveer 12 uur licht ter beschikking. Ter voorbereiding van het fokseizoen gaan we het licht opvoeren tot 14 a 15 uur per dag, eind januari begin februari beginnen we langzaam de tijdklok een half uur 's ochtend en 's avonds vooruit te zetten, totdat we uiteindelijk eind maart begin april die tijd bereikt hebben. Let wel op met de zomertijd, ben je gewend om ze vroeg in de ochtend te voeren dan moet je toch uiteindelijk weer tot dat bepaalde vroege uur terecht komen. Schrik niet als je plotseling kleine donsveertjes rond ziet dwarrelen, de vogels zijn niet in de rui gevallen, nee dit is het teken dat de popjes langzaam aan in broedstemming beginnen te raken. We zien dat de buik en anaalstreek kaal begint te worden, ook het mannetje verliest donsveertjes in deze streek. Vanzelfsprekend zorgen we dat de fokvogels in ontsmette schone broedkooien komen. Preventief moet er gezorgd worden dat de kooien luisvrij zijn maar ook blijven.

Uiteraard gaven en geven we nu volop vogelgrit en maagkiezel, sepia blijft ook belangrijk voor de kalkbehoefte van onze vogels.

Let op dat de fokvogels niet jonger zijn dan minimaal 10-12 maanden, jongere vogels geven alleen maar teleurstelling, ze beginnen laat met broeden, hebben kleine nesten of doen helemaal niets. Persoonlijk begin ik altijd eind maart begin april met het broedseizoen. Eerst plaats ik het popje in de broedkooi, heeft ze bijna haar nest klaar dan is ze ook zo bereid tot paring en niet eerder. Tevens is ze zelf ook vruchtbaar en op het hoogtepunt van haar cyclus. Het mannetje is eigenlijk als hij een goede conditie heeft altijd paringsbereid en drijft de pop tot nestelen en paring. Daarbij komen zijn driften goed tot uiting en zingt hij het hoogste lied. Als alles goed verloopt, zal het mannetje zijn popje voeren, ook bouwen ze samen verder aan het nest. Na de paringen zal het ie eitje ongeveer na 4-5 dagen meestal in de ochtenduren gelegd worden. Dit wordt al aangekondigd doordat de anaalstreek duidelijk wat dikker is geworden. Vaak zal het legsel bestaan uit 3-4 soms ook wel 5-6 eieren. Nieuwsgierig zoals we zijn, willen we uiteraard wel weten of deze bezet zijn, op de 5e-7edag zijn ze al gemakkelijk te schouwen, hiervoor gebruiken we een penschouwlampje. Eieren oppakken raad ik af, we halen het hele nestje uit de kooi, in een donker hoekje bekijken de eitjes bijgelicht door het lampje. Bezette eieren laten bloedaartjes zien, wat later zal langzaam de vrucht ontwikkelen tot een kuiken wat na 12 -13 dagen het ei zal gaan verlaten.

Het kan voorkomen dat het popje legnood heeft, zet haar apart in een TT-kooi die je wat afschermt en d.m.v. een warmtelampje bij dat kooitje, zal spoedig het eitje komen.

Om te voorkomen dat de eitjes uitdrogen geven we om de dag badwater, bij jongen die op uitvliegen staan zal wat minder water in het badje gedaan moeten worden. De relatieve vochtigheidsgraad in de broedruimte moet zeker 70% bedragen.

Uiteraard houden we nu strikt bij in ons fokschriftje wanneer de vogels bij elkaar gingen, de 1e paringen en wanneer eieren gelegd werden. Ik raap geen eieren, de pop gaat toch bij haar 2e of 3eei broeden, dus 2-3 eieren komen ongeveer gelijk uit en een goede pop brengt samen met haar man ook wel 4-5 jongen groot. Zijn er eenmaal jongen dan zal er voor ons een drukkere tijd aanbreken, ze moeten toch zeker 2-3 keer per dag vers eivoer aangeboden krijgen. Ik geef de ie voeding 's ochtend omstreeks 06.00 uur, rond 12.00 u de 2e en omstreeks 18.00 uur de 3e. Nadat de jongen geringd zijn geven we alle jonger) bij de 3e voeding extra deels gekiemd/geweekt zaad, de vertering van de zaden duurt veel langer dan eivoer en dus komen de jongen gemakkelijker de nacht door.

Fris drinkwater geven we 2 keer daags. Dagelijks even nestcontrole is zeer belangrijk, de pop en jongen zijn er zo aan gewend en het voorkomt ons veel narigheid door eventuele dode jongen die het nest vervuilen.

Het ringen doen we op de 5e dag, deze dag is te herkennen aan het moment dat de jongen op de rand van het nest beginnen te poepen, tijdens dat ringen kunnen we gelijk aan de cloaca zien of we meteen mannetje (ringetje) of popje (onderzijde glad) te maken hebben. Schrijf dit op bij de ringnummers. De bevruchting voor het 2e legsel zal ongeveer op de 9e dag na de geboorte van de jongen plaats vinden. Zijn de jongen 15 dagen oud, plaatst ze dan met nest en ai in een hoek van de kooi, geef de pop een schoon nest en er zullen spoedig nieuwe eieren komen. Nadat er 2-3 eieren zijn gelegd, plaatsen we het mannetje met zijn jongen in een TT- of andere kooi, dit tot ze geheel zelfstandig kunnen eten.

Daarna kunnen we ze in een vluchtje plaatsen. Tijdens hun 1e jeugdrui krijgen ze nog het eivoer. Geef de uitgevlogen jongen de eerste tijd wat geweekt kanariezaad door hun eivoer, op deze manier leren ze het beter eten, harde zaden eten in het begin nog niet. Naast deze zaden hebben ze ook de behoefte aan silicium, dit kunnen we geven d.m.v. een aardappel en brandnetelblad. In deze periode geven we ook wat groenvoer en fruit, niet teveel, het moet binnen 2 uur opgegeten zijn. Uiteraard geven we ze dagelijks fris badwater ook dit zal hun verenkleed te goede komen. Op de komende tentoonstellingen kun je daarvoor beloont worden. Succes ermee!